De das is de grootste marterachtige in Nederland.
Kende jij dit bijzondere diertje al? En wist jij al dat het ook in Nederland woont? De das is een martersoort, net zoals de hermelijn en de wezel. De das is zelfs de grootste marterachtige in Nederland. Sinds de jacht op dassen werd verboden en ze beter worden beschermd, zijn er steeds meer dassen in Nederland.
3-6 jaar
beter dan de mens
heeft een burcht
De Europese das is een nachtdier dat leeft in een ondergronds hol: een dassenburcht. Je herkent hem aan brede zwart-witte strepen op zijn gezicht. Hij heeft een stevig gebouwd lichaam met korte, maar vrij krachtige pootjes. Het is een schuw dier en blijft vaak weg bij mensen en andere dieren. Dassen leven in families en zijn territoriaal. Dat betekent dat ze hun leefgebied markeren en verdedigen. Ze bakenen hun territorium af met geurstoffen uit geurklieren. Met deze geur kan een das ook met andere dassen communiceren; ‘Hier woon ik!’.
60 jaar geleden ging het niet zo goed met de das. Gelukkig heeft hij het gered, met een beetje hulp van natuurbeschermers. Sterker nog: er komen steeds meer dassen bij! Ook al is de das geen bedreigd dier, hij wordt in ons land wel goed beschermd.
Al tientalen jaren mag er niet meer op het dier gejaagd worden. Ook mogen ze niet gestoord worden of de burchten beschadigd. In Nederland graven dassen in de buurt van treinsporen. Hierdoor komt het weleens voor dat er treinen uitvallen door de das. De dieren worden dan voorzichtig verplaatst naar een betere plek en het spoor gerepareerd.
Toch dreigen er gevaren voor de das. Dassen worden regelmatig aangereden en soms gedood door mensen die last van ze hebben. Ook zorgt het uitbreiden van steden ervoor dat er minder leefgebieden over blijven die niet meer met elkaar zijn verbonden. Daardoor kunnen dassen niet of nauwelijks in contact komen met andere dassenfamilies. Als er dan geen ecoducten zijn – dat zijn veilige oversteekplekken bij drukke wegen – kunnen de groepen dassen elkaar moeilijk vinden en worden er minder jongen geboren.
De herfst is een belangrijk seizoen voor de das. Er is dan veel eten in de natuur en dit kan de das goed gebruiken. De das houdt geen winterslaap, maar moet zich wel voorbereiden op de lagere temperaturen. Hij moet een vetlaag onder zijn huid krijgen en het hol van de das moet op orde gemaakt worden. Gelukkig is er in de herfst ook genoeg nestmateriaal in de natuur. Hij sleept bladeren en takken aan zijn voorpoten achteruit zijn burcht in. Zo is zijn burcht knus genoeg voor de winter. Ook repareert hij kapotte kamers en gangen. Zo kan hij onbezorgd de winter in!
In de wintermaanden is de das minder actief, maar in de herfst is hij juist het meest actief van het hele jaar. Naast het zoeken van voedsel en het winterklaar maken van het hol, is de herfst ook het seizoen waarin mannetjes op zoek gaan naar een vrouwtje om te paren.